Met Otto’s jachthond Druif wandelen we door de Groningse
akkers. Een oude dame schuifelt ons tegemoet, gebogen over haar rollator. Maar
Druif kiest het stel van middelbare leeftijd dat ons van achteren nadert. Vol
verwachting kwispelt hij erop af. Hij wordt beloond, want de vrouw maakt spontaan
een rondedansje. Zijn modderige vacht schampt haar zwarte broek.
De man vloekt en tiert.
“De stomerij kost vijftien euro!”
"Ach wát, dat beetje modder borstel je er zó af!",
zegt de oude dame.
Ik stop hem een biljet van twintig euro toe. Dan zal
hij begrijpen hoe absurd het is, denk ik. Maar de man stopt het biljet snel weg,
met mijn wisselgeld. Terwijl beiden zich uit de voeten maken, blijft hij schelden.
"Kent u die mensen?”, vraag ik aan de oude dame,
“Zijn ze érg arm?
Zedig werpt zij een blik op de hemel: "Nee, árm
niet, maar wel héél zuinig."
Mila Gras-Glas (1968)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten