Architect en socioloog Mári Glas (1968) buigt zich over noodlijdende vraagstukken in wetenschap en samenleving. Onder zijn redactie schrijven zijn (half)zussen Rémi ('55), Lis ('57), Mila ('68) en Ira ('83) Glas op hun Eigen Wijze met hem mee, over zelfgekozen onderwerpen. Waar het langer moet, laten zij hun ideeën rijpen op eikenhout en vullen hun eigen blogs hiermee. Waar het korter kán schenken zij hieruit gezamenlijk een Glaasje, van maximaal 300 milliliter, oftewel 300 woorden. Proost!


vrijdag 3 februari 2017

...en bewaren, héél zuinig bewaren!

’s Zomers bevrijd ik veel vlinders.
Niet uit een doosje, maar uit mijn huis.
Vlinders symboliseren vrijheid.
En de liefde, natuurlijk.
Die momenten dat het leven eventjes helemaal klopt.
Je knippert met je ogen en het is voorbij.

Een mooi symbool.
Eerst werken: “in je levensonderhoud voorzien” (rups).
Niet bepaald sexy.
Al die pootjes: brrrrrr.

Maar dan.
Eventjes lijkt álles mogelijk.
Geuren en kleuren en vergezichten.
Eerst alleen, de boel verkennen.
Vervolgens de liefde.
Eindeloze rondedansjes om elkaar heen.
Als beschouwer weet je dan al dat het snel afgelopen zal zijn.
Maar toch: troost.
Een leven van enkele weken is óók een leven.
En hoe!

Maar wie iets mooi vindt, wil het in een doosje doen.
Hebben.
Mensen, bedoel ik.
De vlinders.
Om naar te kijken.
In een glázen doosje, dus.
Dát moment bewaren. 

Veel verkopers van ingelijste vlinderlijkjes hebben - oprecht! - géén idee.
“Néé, als ze bijvoorbeeld vergast zouden worden, zou ik ze niet verkopen. Dan kun je er toch niet van genieten? Nee, ik weet niet precies hoe ze worden doodgemaakt. Ze vallen toch gewoon neer? Ik ga uit van vertrouwen”.

De Keuringsdienst* werd nergens binnengelaten.
Maar in China gelukkig wel.

Je pakt een zojuist(!) ontpopte vlinder beet en vouwt de vleugels zachtjes samen.
Voorzichtig, want er mag geen voelsprietje beschadigen.
Dát vinden de mensen niet mooi.**
Ondertussen houd je het envelopje open, in je linkerhand.
Stopt de vlinder erin en vouwt het dicht.
Hoe simpel kan het zijn!

“Je kunt ze hóren”, zegt de presentator.
Hij houdt zijn hoofd tegen de krat vól met envelopjes.
Wel honderden.
Die gaan straks de hele wereld over.
“Hoe lang houdt zo’n vlinder dit vol?”, vraagt de presentator.
“Maximaal een week”, zegt de kweker.

Waaruit maar weer blijkt dat de werkelijkheid altijd nog véél gekker is dan je ooit had kunnen bedenken.

Mila Gras-Glas (1968)

* "Keuringsdienst vanWaarde", donderdag 2 februari
** NB: de reden dat kwekers niet wachten met vangen tot vlinders spontaan dood neervallen is onder meer - het scheelt natuurlijk ook voer, ruimte, enzovoort! - dat vlinders bij leven in vrijheid(!) al snel beschadigd raken. Leven in onvrijheid daarentegen is het állerbeste conserveringsmiddel! Evenals de Nederlandse varkens die, na een lange reis, in Italië tot Parmaham worden verwerkt, worden de direct na hun (weder)geboorte gevangen vlinders dan ook vleugellam, zonder daglicht, eten of drinken, vervoerd. Dat houden ze best lang vol: ongeveer een week. Wat een indrukwekkende levenskracht!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten