Architect en socioloog Mári Glas (1968) buigt zich over noodlijdende vraagstukken in wetenschap en samenleving. Onder zijn redactie schrijven zijn (half)zussen Rémi ('55), Lis ('57), Mila ('68) en Ira ('83) Glas op hun Eigen Wijze met hem mee, over zelfgekozen onderwerpen. Waar het langer moet, laten zij hun ideeën rijpen op eikenhout en vullen hun eigen blogs hiermee. Waar het korter kán schenken zij hieruit gezamenlijk een Glaasje, van maximaal 300 milliliter, oftewel 300 woorden. Proost!


maandag 3 oktober 2016

Barbaarse ontgroeningsrituelen

Voor de zoveelste keer raakte een aspirant-lid van de Groningse studentenvereniging Vindicat tijdens de ontgroeningsperiode zwaar gewond.
Wederom wekte het incident algemene verontwaardiging.
Maar gek genoeg vooral buiten de kring van direct betrokkenen.
Klaarblijkelijk hechten corpsleden aan hun ontgroeningsrituelen.

Gedurende hun ontgroening leren aspirant-leden spelenderwijs om macht te ondergaan.
Maar in latere studentenjaren kunnen zij gelukkig zelf vrijelijk experimenteren met het uitoefenen ervan.
Want traditionele studentenverenigingen lijken het onwillekeurig op een akkoordje te gooien met bestaande – weliswaar niet langer openlijk gewelddadige, maar onverminderd hiërarchische en dwingende! – maatschappelijke machtsverhoudingen.
Deze voor hem/haar nabije wisseling van de wacht, sleept “feuten” door de ontgroeningsperiode.

Ontgroeningsrituelen bij wijze van inwijding in eeuwenoude spelregels.
Niet onbelangrijk in de hogere kringen, waarin “watjes” immers niet overleven.
Wie zelf slachtoffer is – even tijdelijk, als vrijwillig! - koopt hiermee zijn (eventuele) toekomstige schuldgevoelens bovendien al bij voorbaat af.
Volgens de redenering: “Mits uit het juiste hout gesneden, kom jij er net als ik sterker uit!”

De Groningse burgemeester verzet zich begrijpelijkerwijs tegen ontgroenings-excessen.
Een onveilig studentenklimaat is immers waardeloze reclame.
Maar waarover maken andere buitenstaanders zich eigenlijk druk?
Vermoedelijk minder over mishandelde feuten, dan over hun kwelgeesten.
Want met geïnstitutionaliseerde vernederingsrituelen verfijnt ten minste een deel van de corpsleden straffeloos het vermogen tot het uitoefenen van macht(smisbruik).
Praktijken waarvan uiteindelijk helaas vooral gewone burgers de dupe worden.

Een veelgehoord argument is dat gezamenlijk doorstane ellende de onderlinge banden tussen nieuwelingen versterkt.
Maar zelf denk ik eerder aan het Stockholm Syndroom: je vereenzelvigen met of verliefd worden op je onderdrukker(s).
In het vrijwillig ondergaan van vernederingen zit immers een element van overgave.
Van gedwongen huwelijk tot liefdesverbond, in voor- én tegenspoed: “Ja, ik wil”.

Het goede nieuws hiervan is dat slachtofferschap niet wat je noemt sexy is.
Hopelijk maakt dit een verstandshuwelijk met de gevestigde macht iets minder begerenswaardig.

Mári Glas 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten