Architect en socioloog Mári Glas (1968) buigt zich over noodlijdende vraagstukken in wetenschap en samenleving. Onder zijn redactie schrijven zijn (half)zussen Rémi ('55), Lis ('57), Mila ('68) en Ira ('83) Glas op hun Eigen Wijze met hem mee, over zelfgekozen onderwerpen. Waar het langer moet, laten zij hun ideeën rijpen op eikenhout en vullen hun eigen blogs hiermee. Waar het korter kán schenken zij hieruit gezamenlijk een Glaasje, van maximaal 300 milliliter, oftewel 300 woorden. Proost!


dinsdag 25 april 2017

Hedendaags grauw: ongelukkig op je eigen wijze!

Op de radio: in afwachting van de Franse verkiezingsfinale “peilt Wilfred de Bruijn alvast de stemming onder Franse arbeiders”.*
“Gaat de werkeloze klasse linksom of rechtsom?” luidt, vervolgens, de hamvraag.
Dit suggereert dat deze – niet nader gespecificeerde! – onderklasse hét verschil zal maken.
Onvoorspelbaar, maar uiterst riskant gepeupel dus, 
dat mogelijk Frankrijk – en daarmee Europa! – in het verderf zal storten.

Maar gaat het nou om arbeiders, of om werkelozen?
Eind 2016 bedroeg het Franse werkeloosheidspercentage 9,6%.
Een aanzienlijk percentage, maar niet groot genoeg om de verkiezingsuitslag te domineren.
Waarschijnlijk bedoelen ze arbeiders én werkelozen.
Inclusief working poor.
Gewoon nette mensen eigenlijk.
Alleen geen wínnaars (niet rijk).
Dat is alweer een héél ander verhaal.

Bovendien lijkt “linksom of rechtsom” niet langer de kernvraag.
Het Financieel Dagblad** is dan ook genuanceerder: de links-rechtstegenstelling heeft zijn langste tijd gehad.
Pessimisten lijken zich nu te verzetten tégen optimisten.
Of, net als in de VS, plattelanders tégen stedelingen, sedentairen tégen cosmopolieten, lageropgeleiden tégen hogeropgeleiden (“elite”), natiestaten tégen globalisering.
Want tegenwoordig is het rechte pad al heel wat!

Gelukkig heeft Nieuwsuur cijfers*** over de Amerikaanse verkiezingen.
Ook(!) onder hogeropgeleiden stemde 45% op Trump.
Het armste (eenderde) deel (≤50.000 dollar) stemde vooral op Clinton.
Van het rijkste (tweederde) deel koos 49% voor Trump, en 47% voor Clinton.

Kortom: het gepeupel – “arbeiders” dan wel “werkelozen” – blijkt, in meerderheid, best verstandig.
Bijna de helft(!) van de hogeropgeleiden daarentegen lijkt het spoor behóórlijk bijster.
En vooral: pakweg de helft van de “rijkere” Amerikanen!

Ziedaar de échte (belangen!)tegenstelling: rijk versus arm.
Zoals Tolstof schreef: 
“Alle gelukkige gezinnen lijken op elkaar, maar elk ongelukkig gezin is ongelukkig op zijn eigen wijze”.
Zo blijkt het grauw inmiddels kleurrijk.
En verstandiger dan de bovenlaag!

Hedendaags gepeupel: geen peil op te trekken?!
Toch wel.
"Van die bank af!"
Maar op verkiezingsdag éven niet.
Véél te links!

Mári Glas (1968)

* Radio 4, 24 april 2017
** Kleis Jager, Financieel Dagblad, 25 april 2017
*** Nieuwsuur, 15-11-2016

Geen opmerkingen:

Een reactie posten