Architect en socioloog Mári Glas (1968) buigt zich over noodlijdende vraagstukken in wetenschap en samenleving. Onder zijn redactie schrijven zijn (half)zussen Rémi ('55), Lis ('57), Mila ('68) en Ira ('83) Glas op hun Eigen Wijze met hem mee, over zelfgekozen onderwerpen. Waar het langer moet, laten zij hun ideeën rijpen op eikenhout en vullen hun eigen blogs hiermee. Waar het korter kán schenken zij hieruit gezamenlijk een Glaasje, van maximaal 300 milliliter, oftewel 300 woorden. Proost!


zaterdag 29 april 2017

Nostalgisch verlangen naar zelfrijdende auto

De zelfrijdende auto is een voorbeeld van de wonderen waartoe de moderne techniek in staat wordt geacht.
Toch lijkt het verlangen naar zelfrijdende auto’s mij vooral nostalgisch.
In historische romans, toen (plattelands)wegen nog uitgestorven waren, sukkelden koetsiers soms, tijdens lange ritten, op de bok in slaap.
Want dankzij het ontbreken van modern rijcomfort – rubberbanden, vering – ontwaakten zulke slaapkoppen door elke onregelmatigheid.
Bovendien willen paarden niet dood.
Uit lijfsbehoud ontwijken ze dus elk onverwacht obstakel.
Laat staan dat ze zich vrijwillig in een afgrond storten.

"In een rijtuigje", Annie M.G. Schmidt, 

Wetenschappers noemen dit (historische?!) ideaalmodel cooperative driving, oftewel samenwerking tussen “bestuurders, voertuigen, verkeerslichten én de weg”.
Vergelijk het met een koetsier die blind op zijn paarden vaart.
Zodra zijn hazenslaapje ruw wordt verstoord, weet hij dat er stront aan de knikker is.
Mede dankzij de optimale samenwerking (signaalfunctie!) tussen het – weinig comfortabele! – rijtuig en het belabberde wegdek.
Maar toch vooral doordat de paarden al reageerden.

Onze koetsier veroorlooft zich zo'n hazenslaapje, zodra hij z'n paardjes vertrouwt.
Zulks noemen wetenschappers situational awareness.*
Zo kennen zelfrijdende auto’s “verschillende gradaties van zelfstandigheid”, die het helaas allemaal afleggen tegen het hierboven beschreven ideaalmodel.
Het blijft dus opletten geblazen.
Want volledig zelfredzaam zullen auto's, volgens deskundigen, nooit worden.
Bij elke onverwachte situatie moeten chauffeurs dan ook feilloos inschatten hoe hun auto zal reageren.
Onderweg e-mail afhandelen zit er dus niet in.
Een dutje is zelfs levensgevaarlijk.
Alert zult gij blijven! (terwijl je je dood verveelt)
Zo worden kosten nog moeite gespaard voor uitzonderlijk(!) kostbare toekomstmuziek waar paard en wagen nota bene gunstig bij afsteken.

Geen wonder dat veel burgers liever zelf autorijden.
Volgens hoogleraar verkeersgedrag Marieke Martens is deze “populaire uitspraak” echter “veel te algemeen gesteld”:
Hetis niet prettig om hele saaie lange autoritten te moeten maken waarbij je bijnain slaap valt.
Met de nadruk op "bijna"!
Onprettig, inderdaad.

Mila Gras-Glas (1968)


* Caroline van Keeken, in NRC, “Dit is waarom je voorlopig niet in een zelfrijdende auto rijdt”, 11 september 2014

Geen opmerkingen:

Een reactie posten